Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken


Zoekresultaten 5,411 - 5,420 15,477 resultaten gevonden
Zicht (v.)
Met een zicht wordt horizontaal doorheen het graan, peulvruchten e.d. gehakt, door een zwaaiende beweging te maken, dit in tegenstelling tot de zeis waarmee wordt gesneden. Hierdoor kan men met een zicht zwaar, legerend en zelfs dooreen geslagen gewas oogsten (1). De zicht wordt meestal in combinatie met een pikhaak gebruikt. Een zicht heeft een gebogen, gesmeed - nu ook van staal - blad (ca. 50-70 cm bij 10-12 cm op het breedste gedeelte), dat in een hoek van 60° à 90° op een korte (ca. 30-50 cm), houten steel bevestigd is. Het zichtblad is, in tegenstelling tot het zeisblad, naar de punt toe breder, om bij het slaan beter in evenwicht te blijven. De verbinding tussen werkend deel en steel gebeurt door middel van een ring en een wig, zodat het blad makkelijk afgenomen kan worden om het te haren. Het handvat (ca. 10-15 cm) is met de steel in een hoek van 60° à 90° verbonden d.m.v. een pen- en gatverbinding of een zwaluwstaartverbinding; soms is het geheel ook monoxiel. Het uiteinde van...
Zandschop (steenbakker) (v.)
Monoxiele (wilg) schop met licht trapeziumvormig blad en afgeronde hoeken, waarmee de steenbakker het droog rivierzand in een kruiwagen schept. Dat zand moet ervoor zorgen dat de klei niet aan de houten werktuigen kleeft. De zandschop van de steenbakker is te onderscheiden van de boezemschop. [EMABB]
Zethaak (hout) (m.)
De zethaak (1) dient om stammen en balken te wentelen, ook soms om ze te trekken (vgl. kanthaak (voor stam), palter). Het is een puntig, enigszins gebogen ijzer van ca. 25-30 cm, met een oog aan het uiteinde, waarin een rechte of gebogen steel van 1,10-1,40 m steekt (gewicht: 2,5-5 kg). Het ijzer wordt op de grond gelegd, onder de stam. De gebruiker trekt op de steel, die nagenoeg verticaal staat. De punt steekt dan in het hout en de stam rolt. Wanneer een stuk getrokken wordt, slaat de gebruiker zijn werktuig in het hout, zoals hij het ook soms met zijn bijl doet, om een houvast te hebben. [MOT] (1) De benamingen van de kanthaak, de palter en de zethaak worden met elkaar verward. Dat zethaak iets anders aanduidt dan kanthaak, kan afgeleid worden uit de opsomming in VAN YK: 27: 12 sethaken, 10 kanthaken". Zelfs met de duivelsklauw, d.i. één of twee aan een touw gebonden haken, om een stam of een balk te slepen, is er soms verwarring (bv. VAN LENNEP: 18: "balkhaak, houvast, duivelsklauw,...
Zeisje met lange steel/zeisje met korte steel (o.)
Het zeisje wordt door de tuinier en doe-het-zelver gebruikt om wat gras en onkruid af te maaien op kleine oppervlakten. Het is een kleine zeis bestaande uit een lichtjes gebogen scherp stalen blad (ca. 30-40 cm) met brede rug en eindigend in een punt, dat haaks op een houten steel (ca. 10-80 cm) is bevestigd. De verbinding tussen blad en steel gebeurt meestal door middel van een schroef, of een stang (ca. 10 cm) met angel en ring. Het zeisje met kort hecht wordt met één hand bukkend gebruikt; deze met lange, meestal rechte steel wordt met beide handen gevat en al staand gebruikt. Soms heeft de lange steel een lichte knik op ongeveer 30 cm van het uiteinde. Zie ook graszweep. [MOT]
Zandschop (metselaar) (v.)
Licht holronde schop met rechte snede, van plaatstaal gemaakt. Doorgaans is er geen handvat op de steel maar een T-handvat komt ook voor. De zandschop dient om zand, grind, steenslag e.d.m. te verplaatsen. De archeoloog gebruikt de zandschop om hele dunne laagjes grond af te schaven om zo de sporen zichtbaar te maken. Zie ook ballastschop. [MOT]
Zestemes (o.)
Klein keukenwerktuig (ca. 15 cm) om de schil van citroenen en andere citrusvruchten te raspen. Met de verkregen aromatische schilreepjes of snippers worden cake, ijs en desserts op smaak gebracht. Het zestemes bestaat uit een handvat en een klein smal blad (ca. 3,5 cm bij 2 cm) waarvan het licht gebogen uiteinde voorzien is van een vijftal kleine gaatjes (diam. ca. 3 mm) met scherpe rand. Sommige modellen zijn gecombineerd met een citrusschiller. Door het werkend deel met kracht over de schil van de citrusvrucht te trekken, bekomt men de citrussnippers zonder dat men het vruchtvlees insnijdt. [MOT]
Zee-egelschaar (v.)
De zee-egelschaar is een schaar in roestvrij staal waarmee men het stekelige omhulsel van een zee-egel en sommige andere zeevruchten vlot en veilig kan openmaken. Men verwijdert de mond en snijdt zorgvuldig een deel van het omhulsel in een cirkel open tot men de vijf inwendige eetbare delen kan losmaken. Dit kan met vele korte knipjes met een scherpe, puntige schaar maar ook in één beweging met deze specifieke zee-egelschaar. [MOT]
Zeissleutel (m.)
Vierkantige inbussleutel waarmee de ring los- of aangedraaid wordt, die een zeisblad op de steel bevestigt. Door het gat op het uiteinde van de hefboom kan een touwtje gestoken worden. De zeissleutel bestaat in een enkel maat. [MOT]
Zodensnijder (m.)
Zoden zijn regelmatige blokken grond, afgesneden of afgestoken van de bovenste laag van grasland. Door de aanwezigheid van vele wortels is de samenhang in die blokken vrij groot en kunnen ze verplaatst worden. Om erosie tegen te werken, wordt naakte grond vaak met dergelijke zoden bedekt; zo bv. bij dijk- of verdedigingswerken of bij het aanleggen van spoorwegen. De afmetingen van die plakzoden variëren, maar 30 x 15-30 cm met een hoogte van 4-6 cm is courant. Ook een gazon kan op die wijze aangelegd worden. Zoden worden ook gestapeld zoals (bak)stenen om beschoeiingen, muurtjes en hutten te bouwen. Men spreekt dan van blok- of metselzoden. Ze zijn zo'n 30 x 15 cm en 10 cm hoog. Om de zoden verticaal los te maken, gebruikt men een tuin- of steekspade, een zodenbijl, een zodensteker. Ook een zodensnijder, waarvan men twee hoofdvormen onderscheidt. Het eerste model heeft een mesvormig blad van zo'n 40 cm. Soms is dit een hergebruikt blad van een zeis. Het eindigt in een dille of een angel,...
Zeis (v.)
Men gebruikt een zeis om gras te maaien voor het hooi, om graan te oogsten en om onkruid te verwijderen. Een zeis heeft een lang (ca. 40-100 cm) licht gebogen blad met een brede rug, eindigend in een punt, dat haaks op een lange (ca. 150-200 cm) houten of ijzeren steel - boom genoemd - bevestigd is. De verbinding gebeurt door middel van een ring en een wig of een schroef, zodat de hoek tussen blad en steel gewijzigd kan worden en het blad makkelijk afgenomen om het te haren (zie haarhamer, haarspit, haartoestel). De steel kan recht, S-vormig (1) of Y-vormig (2) zijn, zonder handvatten of met één of twee handvatten, die verstelbaar zijn. Op de rechte boom wordt soms een wethout bevestigd. Voor het hooien gebruikt men een zeis waarop onderaan een houten of ijzeren beugel bevestigd is, die het gesneden gras meesleept. Die zeis dient ook om onkruid te maaien. Wanneer tussen struiken e.d. gewerkt wordt, geeft men de voorkeur aan een zeis met kort blad (ca. 40 cm) en zonder beugel. Een zeis...