Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken


Zoekresultaten 5,021 - 5,030 15,477 resultaten gevonden
Stokschaar (v.)
De stokschaar is een grote (ca. 60-100 cm) schaar waarvan één uiteinde haaks is omgebogen zodat het in de bankschroef kan worden geklemd of in een gat in de baan van het aambeeld kan worden geplaatst. Hierdoor kan men meer kracht op de andere lange arm uitoefenen. Deze laatste is meestal voorzien van een stootnok door het uiteinde om te buigen. Soms loopt de arm door en steekt met behulp van een angel in een houten handvat. Het werktuig bestaat meestal uit 2 hefbomen van de eerste soort die rond een spil draaien maar kan ook uit 2 hefbomen van de tweede soort bestaan (1); deze wordt veelal door de smid gebruikt. Hij bedient zich ook van modellen met een dubbele hefboomoverbrenging om extra veel kracht te kunnen ontwikkelen (2). De metaalbewerker knipt er metaalplaat mee die te dik (ca. 1,5-2 mm) is voor de plaatschaar. De muntslager gebruikt de stokschaar om uit de op dikte gehamerde plaat min of meer ronde muntplaatjes te knippen (3). Nadien worden ze op het juiste gewicht gevijld en...
Stokdoorslag (m.)
Handwerktuig dat bestaat uit een stalen hamerkop met een ronde (diam. ca. 0,5-2,5 cm), ovale, vierkante of rechthoekige doorsnede waarvan één uiteinde taps toeloopt in een vlakke punt en het andere uiteinde een vlakke baan heeft. De hamerkop wordt op een houten steel (ca. 20-40 cm) gestoken. De smid gebruikt de stokdoorslag om in een gloeiend stuk ijzer gaten te slaan van de gewenste vorm (rond - vierkant - rechthoekig) en diameter door met de smeed- of voorhamer op de baan van het werkend deel te slaan tot het halfweg door het metaal is gedreven. Het werkstuk, ondersteund door een onderlegplaat of boven het gat van het aambeeld geplaatst, wordt omgekeerd om met de stokdoorslag het gat in het werkstuk volledig door te drijven. Doordat de stokdoorslag taps toeloopt, wordt nadat het gat gemaakt is, het metaal verder opzij geduwd. Sommige modellen gelijken op de dolhamer. Zie ook stokpuntslag (hoefsmid) en doorslag (smid). [MOT]
Steenhouwersklopper (metaal) (m.)
Metalen hamer waarvan de korte steel (ca. 10 cm) in het midden van de basis van een cilinder of de top van een afgeknotte kegel steekt, zoals bij de houten steenhouwersklopper. Hij kan ook vierkantig zijn met banen die wijder uiteenlopen naar het kopeinde toe. Met deze hamer kunnen krachtige slagen gegeven worden en hij wordt voornamelijk gebruikt op harde steensoorten in combinatie met een beitel. Zie ook steenhouwersvuist. [MOT]
Stokbeitel (m.)
De stokbeitel wordt gebruikt voor het koud of warm doorhakken van staven of ijzeren banden en tot het besnoeien van werkstukken. De smid plaatst de pen van de stokbeitel op het werkstuk en slaat met de voorhamer op de baan van het werkend deel. De stokbeitel bestaat uit een hardstalen hamerkop met in het vlak van de steel een wigvormige pen en een vlakke baan, waarin een steel (ca. 40 cm) steekt. Een zeldzaam model heeft een ijzeren steel waarbij zich tussen het werkend deel en de steel een veer bevindt (1). Deze vangt de kracht van de slag op als er niet loodrecht op de beitel wordt geklopt. De pen heeft een dubbele vouw van 30° om het ijzer warm door te hakken of van 60° om het koud te bewerken. Te onderscheiden van de stokwig. Zie ook schrooi en koubeitel. [MOT] (1) Bv. VAN DONGEN: 80.
Stokhaak (m.)
Handwerktuig om voorwerpen op- of af te hangen. De slager gebruikt hem voor spek, worsten e.d., de stomer, voor kleren, de winkelier, voor lichte en betrekkelijk weinig verkochte goederen. De stokhaak bestaat uit een naar boven gebogen haak (ca. 5 cm) met dille waarin een lange steel (ca. 120-250 cm) steekt. Sommige modellen zijn voorzien van meerdere haken. Zie ook bootshaak. [MOT]
Stempeltang (v.)
Men kan een stempel in papier drukken met een stempeltang. De stempeltang bestaat uit twee delen: de stempel en de houder. De stempel zelf lijkt op een breed pincet dat uitloopt in twee stempelplaten. Op de binnenzijde van de platen zit de tekening van de stempel in reliëf. Deze stempel wordt in de houder geplaatst. Met een arm drukt men beide platen van de stempel tegen elkaar. Het papier ertussen wordt vervormd naar de tekening van de stempel, die trouwens makkelijk verwijderd kan worden om een andere stempel erin te plaatsen. Zie ook controletang. [MOT]
Stokemmer (m.)
Ronde naar boven toe wijder wordende emmer (diam. ca. 20-30 cm) van hout, van (gegalvaniseerd) ijzer of van plastic, bevestigd aan een lange (ca. 200 cm) houten steel. Met de stokemmer wordt water geput, ook beer uit de beerput. Te onderscheiden van de beerlepel waarmee uit de beerkuip wordt geschept. [MOT]
Stokpuntslag (hoefsmid) (m.)
Handwerktuig dat bestaat uit een hardstalen hamerkop waarvan één uiteinde de vorm heeft van een vierzijdige piramide en het andere uiteinde een vlakke baan heeft, op een relatief lange steel (ca. 40 cm) gestoken. Daarmee maakt de hoefsmid een vierkantig gat in het hoefijzer. Het metaal moet roodgloeiend zijn; de hoefsmid plaatst het puntig uiteinde van de hamerkop op het metaal en klopt op de vlakke baan met een hamer. Zie ook stokdoorslag. [MOT]
Straathamer (m.)
De straathamer of kasseihamer is een hamer om verharde wegen te plaveien met kasseien. Bij het meest voorkomende model is de korte houten steel van ca. 15 cm rond of ovaal in doorsnede. Hij steekt in het oog van een zware hamerkop van ca. 4 cm breed. Aan de ene kant buigt de kop na enkele centimeter naar de steel toe in een recht, taps uiteinde tot een brede penvormige baan. Daarmee graaft de stratenmaker voor elke steen een kuiltje uit een losse laag gestabiliseerd zand om de kassei in te passen naast de andere en de diepte af te meten aan een vooraf geplaatste horizontale koord, die overeenkomt met de bovenkant van de kasseien. Om de kassei verder in het zandbed te tikken tot de juiste diepte, hanteert de stratenmaker de andere kant van de kop, die een licht bolle, vierkante baan heeft. Beide kanten van de kop aan weerszijden van de steel moeten met elkaar in evenwicht zijn. Daarom is de dunne penvormige kant langer dan de dikke hamervormige kant. Een tweede model, ook Portugese straathamer...
Stopmes (o.)
Het stopmes dient om stopverf aan te brengen in glassponningen. Er bestaan verschillende vormen die streekgebonden zouden zijn. Het blad kan puntig of stomp, stijf of veerkrachtig, recht of gebogen zijn. De huisschilder gebruikt het stopmes, nadat het houtwerk in de grondverf werd gezet en "afgepuimd", om spijker- en schroefgaten met stopverf te stoppen. Een eerder zeldzaam model heeft kleine sleuven in het blad (1), net zoals een glassnijder, om smalle stukjes glas af te breken. Zie ook kuipersstopmes en oestermesje. [MOT] (1) Zie JACKSON & DAY: 170 en SALAMAN 1976: 251.