Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken


Zoekresultaten 5,141 - 5,150 15,477 resultaten gevonden
Worstpers (v.)
Naast een worsthoorntje en een worstspuit kan de slager ook gebruik maken van een worstpers om worsten te stoppen of te vullen. De worstpers bestaat uit een staande of liggende (1) cilindervormig recipiënt (diameter ca. 20 cm) waar de vleesbrij (zie worstspuit) met behulp van een stamper (zuiger) die met een draaizwengel in beweging wordt gebracht, doorheen wordt geduwd. De goed gereinigde darm wordt langsheen het smallere (ca. 1,5 à 2 cm) buisvormig uitgangstuk, waar de darm overhangt, gevuld met die vleesbrij. De worstpers kan uit gietijzer, (vertind) plaatijzer, inox of plastic bestaan. Het onderstel kan op een werktablet gemonteerd worden. [MOT] (1) Bv. ''Jubileumuitgave van de Antwerpse verenigingen voor vee en vlees'': 298.
Wiedvingerling (m.)
Een wiedvingerling is een metalen hulsje (ca. 10 cm lang) met onderaan een afgerond plaatje, dat over de wijsvinger geschoven kan worden en waarmee men onkruid en mos kan verwijderen. Het is vooral geschikt om tussen tegels en stenen te werken of wanneer er weinig plaats is tussen de planten. Zie ook voegenkrabber (tuinier). [MOT]
Zaagvijl (v.)
De zaagvijl (1) is een zoete of halfzoete (2) driekantige vijl om de zagen te scherpen. Er bestaan dergelijke vijlen met twee angels (3). Bij het scherpen wordt het blad van de zaag meestal in een vijlblok (zie glossarium) of een zaagzetklem geklemd. De Japanse zaagvijl (Japans: metateyasuri nokogiriyou) is ruitvormig. Zij wordt gebruikt na het zetten van de zaagtanden met de zaagzethamer of het zaagzetijzer. Het scherpen van de Japanse zagen gebeurt op dezelfde wijze als de westerse; enkel de hoek van de snede is verschillend. [MOT] (1) Bij het scherpen van een zaag wordt ook een blokvijl gebruikt om af te punten (zie glossarium); de rattenstaart wordt gebruikt om, bv. bij een trekzaag, de uitsparing tussen de tanden dieper te maken. Hier wordt niet gesproken van een "zaagvijl". (2) Op de zoete vijl is de afstand tussen de tanden 0,3 mm; op de halfzoete 0,5 mm (AERTENS: 16). (3) Bv. HASBUCK afb. 277.
Zaaghaal (v.)
Voorwerp waaraan een pot of ketel bij het koken boven het vuur in de schouw gehangen wordt. Een zaaghaal heeft een langwerpig blad (ca. 70-90 cm lang; ca. 8-10 cm breed) dat aan één zijde getand is en dat eindigt in een brede (ca. 4-5 cm) haak die een omkrullend lipje heeft en waaraan de ketel gehangen wordt, een lange (ca. 90-100 cm) stang die kan glijden door een plat oog - bovenaan tegen de rugkant van het blad bevestigd - en die beneden eindigt in een haak, en een beugel die met het éne uiteinde scharniert in de haak van de stang en met het andere uiteinde onder een tand van het blad gezet kan worden. De beugel kan hoger of lager in de tanden grijpen; zo kan de hoogte boven het vuur geregeld worden. De stang eindigt bovenaan meestal in een wartel; op deze wijze kan de zaaghaal om zijn verticale as bewegen terwijl de grote ring - die aan een haak in de schouw gehangen wordt - onbeweeglijk blijft. In zeldzame gevallen eindigt de stang bovenaan in een haak (1). Er bestaan ook kleine...
Zaairol (v.)
Nadat men met de rijentrekker ca. 2-5 cm diepe zaaivoren heeft afgetekend, kan men met de zaairol in rijen zaaien zonder zich te bukken. De zaairol bestaat uit twee plastic wieltjes (diam. ca. 12 cm) met elk een opstaande rand (ca. 1,5 cm hoog; diam. ca. 7 cm) en voorzien van een 6-tal ruitvormige gaatjes. De zijkant van het wieltje is in de as verbonden met een dille waarin een dunne houten steel (ca. 100 cm) steekt. Het wieltje met stervormige verdeler wordt gevuld met zaad, meestal van groenten, en de opstaande randen worden zo verschoven dat de gaatjes groter of kleiner worden, afhankelijk van de grootte van het zaad. Door het geheel over de zaaivoor voor je uit te duwen, worden de kleine zaden op gelijke afstand gedeponeerd. Zie ook handzaaimachine. [MOT]
Worsthoorntje (o.)
Met een worsthoorntje kan men worsten stoppen.  Het is een trechter (ca. 10-15 cm lang) van metaal of email (1) waar het vlees meestal met de duim doorheen wordt geduwd. Een goed gereinigde darm wordt over het buisvormig uitgangsstuk gehangen en wordt zo gevuld met de vleesbrei. De slager kan ook een worstspuit of een worstpers gebruiken. [MOT] (1) De eerste waren vervaardigd van een stuk koehoorn (WEYNS 1974: 486).
Zalmraper (m.)
Met een zalmraper kan men makkelijk visfilets opscheppen en serveren. Het is een langwerpig (ca. 25 cm), gaffelvormig plastic handwerktuig met een recht hecht. De twee kaken bevinden zich op zeer korte afstand van elkaar, zodat er net een dunne visfilet tussen kan. De éne kaak is plat met een spits uiteinde; de andere is iets korter, rond en eveneens met een smaller toelopend uiteinde. De platte kaak wordt onder de vis geschoven die nu vastzit tussen beide kaken en als zodanig geserveerd kan worden. Met een vork kan hij van de zalmraper genomen worden. [MOT]
Zaagzethamer (m.)
Hamer om een zaag met betrekkelijk grote tanden te zetten, d.i. om de tanden op gelijke wijze te schranken (zie glossarium). Het is een stalen hamer met dubbele pen. De uiteinden ervan zijn vaak gegroefd zodat hij niet wegglijdt wanneer men op de harde zaagtand slaat. De zaagzethamer komt in verschillende maten voor. Te onderscheiden van de haarhamer die zwaarder is en een kortere steel heeft. Zie ook zaagzetijzer en zaagzettang. [MOT]
Ontpitter (m.)
De pit van vruchten zoals kersen, krieken, olijven en pruimen kan men makkelijk verwijderen met een ontpitter. Men legt de vrucht in de doorboorde kaak met de steelzijde naar boven en drukt de tang dicht. De staaf op de andere kaak doorboort de vrucht en drukt de pit door het gat in de doorboorde kaak. De vrucht blijft vrij heel en het werk gaat heel wat sneller dan met een mesje. Er bestaan ook ontpitters, die geen tangen zijn. Met twee vergaarbakjes bijvoorbeeld - één voor de pitjes en één voor de vruchten die nog ontpit moeten worden. De vruchten rollen dan één voor één in de ontpitter. Men drukt de staaf naar beneden en de pit wordt uit de vrucht gedrukt. De pit verdwijnt in het vergaarbakje voor de pitten, terwijl de vrucht door de staaf terug naar boven gehaald wordt en langs de andere zijde uit de ontpitter rolt. Men hoeft dan niet telkens elke vrucht afzonderlijk op de kaak te leggen en elke pit uit de kaak te verwijderen. Er bestaan ook modellen met meerdere staven, waardoor...
Operatiemes (o.)
Dit mes was oorspronkelijk uit staal vervaardigd, later uit gechromeerd staal of inox. Blad en hecht bestaan uit een stuk, of worden samengevoegd tot een geheel. In het eerste geval moet men het lemmet regelmatig slijpen, in het ander geval bezit men over vervangbare mesjes die aan het hecht worden bevestigd. Het blad kan recht, convex of krom zijn met een vlijmscherpe snede. De lengte van het blad varieert tussen 1,5 en 6 cm. Het mes snijdt aan een of aan beide zijden en heeft een afgeronde of zeer scherpe punt. Het wordt gebruikt door de chirurg en veearts om er tijdens operatieve ingrepen zeer accuraat fijne, diepe sneden mee te maken. Dit handwerktuig wordt ook gebruikt door de restaurator van schilderijen die er de stopverf, aangebracht bij leemten in het schilderij, mee afschraapt en egaal maakt. Zie ook pennenmes en zakmes. [MOT]