Om een kind bij een bevalling te halen, werd soms een verlostang gebruikt.
Kenmerkend zijn het roestvrij staal, de brede kaken en de korte armen. Men mocht immers geen grote kracht uitoefenen op het hoofdje. De armen van vele verlostangen waren verbonden zonder draaispil, zodat men ze makkelijk uit elkaar kon nemen. De geneesheer kon dan zonder gevaar één gedeelte van de tang links, het ander gedeelte rechts van het hoofd van het kind duwen. [MOT]