De houten (1) steenhouwersklopper (2) is een flesvormige klopper waarvan de korte steel (ca. 10-15 cm) in het midden van de basis van een cilinder of de top van een afgeknotte kegel steekt. Deze vorm maakt het de beeldhouwer mogelijk om vanuit eender welke hoek op de beitel te slaan zonder de positie van zijn hand op het handvat te moeten veranderen en geeft een perfecte controle op het werken met de beitel: de beeldhouwer kan zo met juist afgemeten kracht en in de juiste richting slaan. Omdat hij van hout is, zal hij het beitelhecht niet versplinteren of splijten, zoals een metalen hamer waarschijnlijk wel zou doen.
Deze klopper wordt ook gebruikt door de houtsnijder. Naargelang het werk vordert en men fijnere beitels gaat gebruiken voor het werk, zal men ook lichtere kloppers nemen om te voorkomen dat de beitel te diep in het hout zou doorschieten.
Zie ook metalen steenhouwersklopper en steenhouwersvuist. [MOT]
(1) Er bestaan ook modellen waarvan het werkend deel uit koper of plastic is vervaardigd (Catalogus DICTUM 2012-2013: 51).
(2) Volgens FIEDLER: 349 wordt deze klopper soms door de timmerman gebruikt.