De plakker (1) is een spaanvormig houten handwerktuig om de bovenkanten van de laatste vlasbundels in de rootbak mooi vlak te kloppen. Het is een stevig houten plankje of blokje, ca. 35 cm lang en 20 cm breed, met een vlakke onderkant en een of twee opstaande handvatten bovenaan. Indien ergens de kop van een vlasbundel wat te hoog zat, werd hij roest en onvoldoende geroot.
Het werktuig is niet te verwarren met de slaag en plaan van de steenbakker. [MOT]
(1) Eigen benaming onbekend. De term uit Dewilde 1983: 231, 234 is niet te verwarren met het werktuig van de dijker om zoden te plakken maar het doel is vergelijkbaar, nl. vlakmaken en vaststampen.
MOT V 2020.0263
(DEWILDE 1983: 234)