Bij deze tang zijn de functies van de pijptang en de fitterstang samengevoegd. Men kan zowel moeren als pijpen aan- of losdraaien. De betrekkelijk lange bek heeft één of meerdere openingen van verschillende grootte. De bek eindigt in de haakvormige ronde kaak en de korte rechte kaak die het bewerkt stuk tegen de haak drukt. Net als bij de pijptang is de bovenste kaak naar achter getand, de onderste naar voor. De tang grijpt de pijp wanneer men ze naar beneden drukt, maar glijdt erover wanneer men ze terug naar boven brengt. Men hoeft dus niet telkens de tang te openen om de pijp verder aan te draaien. De loodgieter gebruikt daarnaast ook de waterpomptang en de sifontang. [MOT]