Het metselaarshouweeltje (1) is een handwerktuig dat door de metselaar en stukadoor voor allerlei werk wordt gebruikt; bv. om voegen uit te kappen, om gaten en sleuven in metselwerk te maken, om oude pleisterlagen te verwijderen en om de rand van pleisterwerk schoon te hakken om er nieuw pleisterwerk op te doen aansluiten.
Het werktuig verschilt van de kaphamer en van andere houwelen door zijn formaat en door de twee bijlvormige snedes, die meestal haaks op elkaar staan, zoals bij een polka, waarmee hij vaak wordt verward. Het metselaarshouweeltje is lichter (400-800 gr, max. 1 kg) en de steel is kort (ca. 35-40 cm).
Het blad met de snede haaks op de steel is licht naar beneden gericht of gebogen, waarmee het zich onderscheidt van de bikhamer. [MOT]
(1) Eigen benaming. In het Frans is de term décintroir algemeen verspreid. Soms wordt kaphamer gebruikt maar het gaat niet echt om een hamer. GROOTAERS L. Schoolwoordenboek sv décintroir geeft bikhamer en metselhamer als vertaling.
MOT V 2011.0087
MOT V 2008.0361
MOT V 2008.0365