De kortzaag (1) is een zaag met een naar het uiteinde toe smaller toelopend blad (ca. 70 à 90 cm) met vrij grote tanden en een pistoolkolf. Soms staat een recht handvat naast die kolf.
Ze dient om boomstammen dwars door te zagen. De tanden zijn groot omdat de zaag bestemd is om groen hout te zagen. Meestal wordt ze door één persoon gehanteerd, maar het is mogelijk aan het andere einde een tweede handvat op het blad te schroeven zodat ze door twee personen gehanteerd kan worden.
Zie ook handzaag (dubbele, Japanse) waarmee men met de zijde met fijne tanden het hout dwars doorzaagt. [MOT]
(1) "Kortzaag" wordt als algemene benaming gebruikt om die zagen aan te duiden waarmee dwars op de vezels wordt gewerkt.