Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken


Zoekresultaten 7,101 - 7,110 15,395 resultaten gevonden
Koudehand (v.)
Haakvormig werktuig waarmee de ketels van het vuur getild werden; op deze wijze bleef de werkende hand koud en schroeide men zich niet aan het hete ketelhengsel.  Het kan een U-vormig ijzer zijn waarvan de uiteinden een haak vormen en het middenstuk tot handvat dient. Andere modellen bestaan uit een U-vormige metalen haak met een ring of een houten hecht als handvat; het kan ook een S-vormige metalen haak zijn (1).Zie ook het handvat om pakje te dragen. [MOT] (1) Zie BARNES: 86.
Kolenschop (v.)
Schop met breed blad en schuin opstaande randen, voorzien van een houten D-steel. De kolenschop wordt gebruikt voor het scheppen van steenkool. Zie ook stookschop. [MOT]
Kraanzaag (v.)
De kraanzaag is een grote zaag (tot 2,50 m / 30 cm) met stijf, smaller toelopend blad, om bomen in de lengte te zagen (vgl. raamzaag, schulpzaag). Aan het breedste uiteinde is een gebogen staaf bevestigd, waaraan een dwarsstang vastgemaakt is (1). Deze stang wordt door de bovenstaande zager met beide handen gevat. Aan het ander uiteinde wordt de rug van de zaag in de gleuf van een houten blok met twee handvatten bevestigd door middel van een wig. Daar deze zaag stijf moet blijven, is haar blad tamelijk dik. De kraanzaag, evenals de raamzaag, dient om in de richting van de vezels te zagen. Haar tanden moeten derhalve groot zijn en breed staan. Beide zagen werken tijdens het naar beneden gaan. Bij het optrekken wordt het blad enigszins van de snede verwijderd om de weerstand te verminderen. De te zagen stam wordt gemeten en gesmet (zie smetlijn), soms wordt een zijde vlak gehakt met de beslagbijl. Hij wordt dan op steigers gerold, al dan niet boven een kuil (2). Daar wordt hij vastgemaakt...
Krammes (o.)
Na het ruw bewerken met hakbijl en dissel (zie klompenmakershakbijl en klompenmakersdissel) gebruikt de klompenmaker het krammes om de klomp of klompschoen in de gewenste vorm te snijden (1).  Het is een langwerpig mes (ca. 70-100 cm / ca. 4-9 cm) met aan één uiteinde een houten handvat dat haaks op het mes bevestigd is, en aan het andere uiteinde een haak die in een zware kram gehangen wordt. Er bestaan ook krammessen met een knop i.p.v. een haak. Deze knop wordt in een plaatje - met gaten op verschillende hoogten - gestoken, dat op de werkbank bevestigd is. De klomp rust in schuine stand met de neus of de hiel op de werkbank terwijl de klompenmaker met de linkse hand, rustend tegen de linkse dij, het andere einde tegenhoud. Met zijn rechterhand hanteert hij het krammes dat met op- en neergaande bewegingen de hoofdlijnen van de klomp gestalte geeft. Doordat het krammes als een hefboom van de tweede soort werkt, kan er heel wat kracht op gezet worden. Bij het maken van schoenklompen wordt...
Kramtang (v.)
Om te voorkomen dat de varkens met hun snuit de grond zouden omwoelen, wordt vaak een kram door het neustussenschot gestoken. Dat gebeurt met behulp van een kramtang (1). Ze kan ook worden gebruikt om een merkteken op het oor van een rund te bevestigen (2). De kaken van een kramtang zijn recht of gebogen en hebben in de lengte of in de breedte (soms beide) twee gleuven, waarin de kram geplaatst wordt. Knijpt men de tang dicht, dan drukt men de kram toe. Bij sommige modellen steekt een schroef door één van de armen om te voorkomen dat men te ver zou knijpen. Op sommige modellen zou een plaatje haaks op de rechte kaken beletten dat de kram wegspringt. Een dubbele tang zou dienen om ook kleinere krammen aan te brengen. [MOT] (1) Voor de veralgemening van speciaal gemaakte krammen, werd vaak een ring van ijzer- of koperdraad, of een gebogen hoefnagel (ZWAENEPOEL & HERMANS: 43) gebruikt. (2) VERDIER: 238.
Krabber voor koninginnenrooster (m.)
Werktuig om koninginnenroosters uit metaaldraad terug schoon te maken en eventuele resten van was of propolis te verwijderen. De koninginnenrooster, met een maasbreedte van maximaal 4,1 mm, wordt geplaatst tussen de broedkamer (1) en de honingkamer (2). De bedoeling is te verhinderen dat de koningin (en darren), die in tegenstelling tot de werkbijen niet door het rooster kan, haar eitjes in het jonge raat legt bij het opzetten van een nog uit te bouwen honingkamer. De koninginnenrooster kan ook worden gebruikt bij methoden voor broedbeperking, of om de koningin in de kast te houden zodat het volk niet kan gaan zwermen. De roosterkrabber bestaat uit een dik (ca. 2 mm) licht gebogen roestvrij stalen plaatje waar beide zijden grof getand zijn. De U-vormige uitsparingen glijden over de draden van het metalen rooster. Angel en houten hecht (ca. 13 cm) staan haaks op het werkend deel. [MOT] (1) De ruimte in de bijenkast waar de koningin haar eitjes legt. (2) De ruimte in de bijenkast waar de...
Krabijzer (steenhouwer) (v.)
Het krabijzer is een metalen schraper met twee gebogen uiteinden, in tegengestelde richting (1), al dan niet getand, om de sporen van de steekbeitel en steenhouwersguts in zachte en halfzachte steensoorten te egaliseren of weg te werken. Omdat het krabijzer niet op alle oppervlakken bruikbaar is, krijgt de steenschaaf meestal de voorkeur (2). Beeldhouwers hanteren vaak de riffelvijl- en -rasp. Het krabijzer is niet te verwarren met het stukadoorspaleerijzer. [MOT] (1) In Frankrijk komen zeer diverse modellen voor, waarvan ook een enkelvoudig met houten hecht. (BESSAC: 192) Volgens Boucard: 44 werd een dergelijk getand model ook gebruikt om mortel in voegen aan te brengen zoals een voegzwaard. (2) Handelscatalogus MM. Civet, Crouet, Gautier & Co: Exploitation de carrières de pierres de taille, moellons & meulières, 1889: 85
Krabbertje (o.)
Handwerktuig dat op een krabber lijkt, maar waarvan het dun scherp blad meestal niet symmetrisch is en de zwanenhalsschacht - met open dille of angel, en korte (ca. 15 cm) houten steel - zich op het linkse of rechtse deel van het werkend deel bevindt. Er bestaan ook rechte krabbertjes (V Dv 0851). Met het krabbertje snijdt men, al trekkend, net onder het aardoppervlak de wortels van het onkruid door. Het werktuig wordt ook in de landbouw gebruikt bij het handwieden en het uitdunnen van bieten. Zie ook schoffel. [MOT]
Kramplaat (dijkwerker) (v.)
Een kramspade wordt met de buik, voorzien van een tot bescherming dienende kramplaat, in de grond geduwd. Ze bestaat uit een ovale ijzeren of leren plaat, dat meestal langs de binnenzijde met stof of stro is bekleed (1) en enigszins holrond gebogen staat om gemakkelijk het uiteinde van de kramspade te vatten zodat het niet uitglijdt, en om de oppervlakte, die met de buik in aanraking komt, zo klein mogelijk te maken, met het oog op het transpireren van de werkman. Aan beide uiteinden van de plaat is een leren riem voorzien die de dijkwerker rond zijn middel gespt. [MOT] (1) KRAMER & ROHDE: 68.
Krabber (m.)
Handwerktuig dat lijkt op de hak, maar lichter is (ca. 500-800 gr) en ook een langere steel heeft (ca. 120-150 cm). Met de krabber breekt de tuinier de bovenste laag van de grond om onkruid te ontwortelen en/of, bij droogte, verdamping te reduceren. In tegenstelling tot de hak wordt met dit werktuig niet gehouwen maar wordt al trekkend het blad oppervlakkig door de grond gehaald, terwijl bij het terugstrijken het onkruid eventueel nog eens losgeduwd wordt. Zie ook schoffel, krabbertje, klauwkrabber, handcultivator. [MOT]