Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken


Zoekresultaten 5,071 - 5,080 15,477 resultaten gevonden
Visdoder (m.)
Licht (ca. 150 gr) knuppelvormig handwerktuig van zo'n 30 cm lang uit hout, koper of plastic en met al dan niet een verbreed (diam. ca. 3-4 cm) uiteinde (lengte ca. 6-12 cm), dat vaak met lood verzwaard is. Met een visdoder geeft de sportvisser de gevangen vis een korte, harde slag op de kop om de hersenen uit te schakelen. Dit ofwel om de vis onmiddellijk te doden, ofwel om hem te verdoven alvorens hem met een andere techniek te doden, zoals bijvoorbeeld door hem de keel over te snijden. Van sommige vissersknipmessen wordt het hecht ook als visdoder gebruikt. [MOT]
Vingerstok (m.)
Langwerpige (ca. 30 cm), monoxiele conische stok met een recht hecht - te onderscheiden van de krulstok - die gebruikt wordt om de vingers van handschoenen uit te rekken en te verbreden, bv. na het wassen. Voor hetzelfde doeleinde kan ook een handschoenrektang gebruikt worden. [MOT]
Vleespers (m.)
Werktuig waarmee men het sap uit paarden-, rund of schapenvlees kan persen om het te geven aan tuberculosepatiënten, herstellenden, bij bloedarmoede enz. Men kiest de magere en malse delen van het vlees van een gezond volwassen dier (1). Het wordt eerst zorgvuldig gereinigd en in schijfjes van ca. 0,5 cm gesneden. Dan wordt het gehakt of geschraapt (2) om de pulp te scheiden van het vezelige afval. De pulp wordt in een vijzel fijngestampt of door een vleesmolen gehaald (3), in een doek gewikkeld en dan geperst in de vleespers. Het sap wordt in een kopje opgevangen dat in een recipiënt, gevuld met warm water, staat (4). Het kan meteen worden gebruikt (5). Een andere methode is de schijfjes gereinigd vlees licht te schroeien in een hete pan, zonder toevoeging van boter of vet alvorens ze te persen (6). De vleespers bestaat uit een cilindrisch, metalen recipiënt (ca. 7-10 cm doorsnede; ca. 8-15 cm hoog) op een sokkel met een uitschenktuitje; aan de bovenzijde zit er een schroef die een rond...
Vleeshamer (m.)
Om vlees mals te slaan, kan men een vleespletter of een vleeshamer gebruiken. Dat laatste is een houten hamer - porselein of aluminium wordt soms gebruikt - met een cilindervormige of rechthoekige kop met op beide banen stevige, piramidevormige knopjes. Op de éne baan zitten vaak grotere knopjes dan op de andere; respectievelijk voor dikke en dunne stukken vlees. Deze knopjes kunnen uit de houten kop gesneden zijn maar er kan ook een roestvrijstalen plaatje met knopjes op de baan bevestigd zijn. De kop van de vleeshamer kan ook aan één zijde een bijltje (bv. MOT V 2011.0089), ijspriem (1) of vleesvermalser (2) hebben.Een ander model heeft een handvat bovenaan in plaats van een hamersteel (bv. MOT V 2002.0089). [MOT] (1) Zie ''The Stanley Catalog Collection 1855-1898'': 64, 241.(2) CAMPBELL: 87.
Vlecht (m.)
De steenhouwer gebruikt een vlecht (1) hoofdzakelijk om bij zachte steensoorten het overtollig materiaal te verwijderen. Hij wordt ook gebruikt om natuursteen vlak te maken, nadat het ruw bewerkt is met de zwaaispits of de puntbeitel, alsook bij de afwerking om de steen een geribbeld uiterlijk te geven (zie ook ceseel). De vlecht bestaat uit een ijzer met één, meestal twee bijlvormige uiteinden met vlakke snede die in hetzelfde vlak liggen als de steel (ca. 40-60 cm). Laatstgenoemde wordt met beide handen gevat. In doorsnede heeft de snede een hoek tussen 10° - om zachte steensoorten te beslaan - en 40°, voor harde steensoorten.  De snede kan ook getand zijn, zowel puntig als stomp (bretté in het Frans). Men spreekt dan van een tandvlecht. Vlechten met twee haaks op elkaar staande sneden kunnen verward worden met de polka. [MOT] (1) De naam is afkomstig van het Duitse abflachen, vlak maken.
Vleesvermalser (hand) (m.)
De vleesvermalser (1) dient om pezig en taai vlees mals te maken. Hij bestaat uit een dikke (ca. 1 cm) plaat (ca. 13 cm bij 10 cm) met een opening (ca. 9 cm bij 5 cm) waardoor het werkend deel glijdt, bestaande uit een 10-tal kammen (ca. 7 cm bij 3,5 cm) met telkens een 16-tal schuine scherpe snijpunten. Dat werkend deel kan zo'n 3 cm op en neer bewegen. Door het handwerktuig op het vlees te leggen en de handvatten naar beneden te drukken, prikken de ca. 160 scherpe stalen snijpunten in het vlees.Een ander model heeft een plastic handvat met zes vaste kammen, met telkens acht stalen schuine scherpe snijpunten. Ze worden beschermd door een afneembaar plastic deksel. Via het afschroefbaar handvat kunnen de kammen vervangen worden.Nog een ander model bestaat uit vijf naast elkaar liggende scherpe tandwielen omvat in een plastic huls (ca. 15 cm). Door het heen en weer over het lapje vlees te rollen, worden ook de fijnste vezels doorgesneden (2).Soms bevindt er zich tegenover de baan van de...
Vleesmolen (m.)
Met de vleesmolen wordt vlees fijn gemalen. Hij heeft een huis van (vertind) gietijzer of plastic met bovenaan een vultrechter en langszij een mes- of gatenschijf. Binnenin zit een Archimedesschroef die door een draaizwengel in beweging wordt gebracht. De vleesmolen kan met een schroefklem of zuigvoet aan het tafelblad worden bevestigd. Er bestaan echter ook losse modellen met vier poten. Grootte en gewicht (ca. 1,5-10 kg) variëren. Het fijn te malen vlees wordt in de vultrechter gedaan en komt op de Archimedesschroef terecht dat het vlees doorheen de gatenschijf drukt. Met kan hiervoor een houten stamper gebruiken, die soms bij het toestel hoort. Bij sommige molens draaien mesjes langs een vastzittende gatenschijf, bij andere malen twee gatenschijven - een vaste en een draaiende - het vlees. Met deze schijven kan het vlees in verschillende fijnheden worden gemalen, van grof tot heel fijn, afhankelijk van de grootte van de gaten. De losse, draaiende schijven worden met een vleugelmoer...
Vleespletter (m.)
Keukengerei dat gebruikt wordt om vrij taai vlees fijn en mals te slaan. Het kan volledig van hout zijn en vertoont dan gelijkenis met de wasklopper en de kurkenklopper. Het kan ook van metaal zijn; dit zwaarder model (ca. 700-1200 gr) heeft een vierkantig blad dat aan de benedenzijde plat is en twee scherpe randen heeft om het vlees na het pletten bij te snijden. Het kan geheel van metaal zijn of met een angel in een houten hecht steken. Zie ook vleeshamer en vleesvermalser (hand). [MOT]
Vlakhamer (m.)
Zware hamer (ca. 1,5-3 kg) met een vierkante, ronde of achthoekige vlakke kop (ca. 3-10 cm), voorzien van een rechte, bolle of schuine rand. In de hamerkop steekt een houten steel van ca. 40 cm. De smid gebruikt de vlakhamer voor het vlak opwerken van smeedstukken. Bijvoorbeeld wordt bij het aaneensmeden van platte en vierkante staven een vlakhamer gebruikt om de onregelmatigheden in het oppervlak eruit te smeden. Er wordt dan met de smeedhamer of de voorhamer op de baan van de vlakhamer geslagen. [MOT]
Vleeshakmes (tweehandig) (o.)
Om slachtdieren in stukken te verdelen gebruikt de slager een zwaar (ca. 2-3 kg) en groot (ca. 70-100 cm) hakmes dat met twee handen gehanteerd moet worden. Het is een uitvergrootte versie van het eenhandig vleeshakmes dat door de slager en in de keuken gebruikt wordt. Zie ook slagerszaag. [MOT]