Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken


Zoekresultaten 4,211 - 4,220 15,436 resultaten gevonden
Kleermakersschaar (v.)
De kleermakersschaar is een grote (ca. 25-40 cm) schaar, volledig van metaal of met plastic omhulde armen, waarvan de armen omhoog gebogen zijn opdat de bek plat kan blijven tijdens het knippen van de stof. [MOT]
Klem voor bijenkoningin (v.)
Deze metalen of plastic klem met veer is een klein vangmiddel waarmee de imker een bijenkoningin kan vasthouden en verplaatsen. De spleten zijn breed genoeg om de werksters hun koningin te laten bereiken maar te smal voor de koningin om te ontsnappen. [MOT]
Handschroef (v.)
Spantoestel dat dient om een klein werkstuk in de hand of in een bankschroef vast te klemmen of om twee of meer stukken opeen te klemmen. De ijzer of houten (1) handschroef bestaat hoofdzakelijk uit twee hefbomen van de derde soort verbonden door een scharnier. De platte gegroefde bekken worden door middel van een vleugelmoer aangedraaid. Soms is de moer vervangen door een zwengel (2). Bij het losdraaien zorgt een veer voor het geleidelijk opengaan van de bekken (bv. MOT V 88.0764). Op een ander model vertrekken de bekken vanuit één hecht (3) (bv. MOT V 90.0173). Ze zijn U-vormig (4) aan elkaar verbonden, al dan niet scharnierend, of een bek kan over een geleider schuiven. Meestal is een of beide bekken voorzien van een V-groef om ronde pennetjes makkelijk te kunnen klemmen. Beide modellen worden in de hand gehouden. De uurwerkmaker gebruikt een handschroef met twee hefbomen van de eerste soort (bv. MOT V 2007.0412). Deze wordt in de hand gehouden, Een veer zorgt voor het geleidelijk...
Handvat om pakje te dragen (o.)
Dit draagmiddel wordt aan klanten meegegeven om een samengebonden pakje naar huis te dragen. Het was vooral populair voor de Tweede Wereldoorlog en is een voorloper van de plastic draagzak (1). Het bestaat uit een glad, cilindrisch stukje hout of karton, met aan beide uiteindes een haakje in ijzerdraad of koper, dat rond de touwtjes van een pakje grijpt. Het dragen van zware pakjes wordt makkelijker als men de arm kan laten hangen en de touwtjes niet in de hand snijden. Meestal is er een reclameboodschap op gedrukt van bv. een kledingzaak of wasserij.Zie ook de koudehand. [MOT] (1) Door het verbod op plastic draagzakken zijn deze handvatjes sporadisch opnieuw in gebruik.
Handvat voor uien (o.)
Plastic keukengerei om uien of andere, zachte groenten te vatten en ze op deze wijze volledig op te raspen, zonder gevaar voor de vingers. Het heeft de vorm van een halve bol waarin zich een aantal lange (ca. 3-4 cm) pinnen bevinden en een plaatje met korte (enkele mm.) pinnetjes dat naar beneden gedrukt kan worden. De lange pinnen worden in de groente gestoken en men begint te raspen. Geleidelijk aan wordt het plaatje naar beneden gedrukt tot de groente volledig opgeraspt is.Zie ook de keukenrasp. [MOT]
Handkaarde (v.)
De handkaarde is een handwerktuig uit de wolverwerking dat per twee wordt gebruikt. Ze is meestal van hout, uitzonderlijk volledig van metaal. Een rechthoekig plankje van 15-30 cm, soms bekleed met een lap textiel, is bezet met talrijke korte, geknikte metalen kamtanden (1). Het korte hecht staat dwars op het plankje. Beide zijn soms lichtjes gebogen om beter in de hand te liggen. Natuurlijke vezels moeten gezuiverd worden vooraleer ze te kunnen spinnen, bv. bij vlas gebeurt dit met een zuiverhekel en spinhekel. Om ruwe (schapen)wol of katoen tot draden te kunnen spinnen, moet hij eerst gekaard worden om de vezels te ontwarren, zuiveren en richten. De plukken wol worden uiteen getrokken en over de kaarde verspreid door beide exemplaren in tegengestelde richting over elkaar te strijken. "Men strijkt met de tweede kaarde net zo lang over de eerste kaarde tot al de wol zich op de tweede heeft afgezet. Deze bewerking wordt vijf- of zesmaal herhaald tot de wol goed gekamd en gericht is" (2)....
Handpalmboor, driezijdige/Handpalmboor, vierzijdige (Japanse) (o.)
De Japanse driezijdige handpalmboor (1) (Japans: mitsu me kiri) is een heel licht handwerktuig, het weegt niet meer dan ca. 25 gr. Het wordt gebruikt om kleine, gaten te boren in hout. De gaten zijn bedoeld om er nagels of houten schroeven in te bevestigen. De lengte van het boorijzer varieert van 1,5 tot 9 cm. Het is fijn en rond (diameter ca. 0,3 cm) en eindigt op een driekantige, scherpe punt. Elke driekant heeft een smalle, langwerpige uitsparing. Met de Japanse vierzijdige handpalmboor (Japans: yotsu me kiri) worden taps toelopende gaten geboord, waarin tapse bouten van hout of bamboe passen. De lengte van het boorijzer varieert van 4,5 tot 15 cm. Het is fijn (ca. 0,3 cm), heeft vier zijden en eindigt op een scherpe punt. Het boorijzer is bij beide modellen met een angel in een rechte houten steel van ongeveer 30 cm bevestigd. De handpalmboor wordt bij het boren verticaal gehouden en tussen de handpalmen gewreven. [MOT] (1) ODATE: 166-167.
Handschoffelmachine (v.)
Met de handschoffelmachine worden, in gewassen die op rijen groeien, de wortels van onkruid doorgesneden; men gebruikt ze soms ook om de korst te breken zodat er een betere luchtcirculatie ontstaat en de capillaire werking - en dus de uitdroging - tegen te werken. De handschoffelmachine bestaat uit meestal twee metalen wielen (diam. ca. 35 cm) met elk aan de as een stang die een metalen plaatje, juist achter het wiel, op de juiste hoogte houdt. Beide trapeziumvormige plaatjes, door een beugel verbonden, zijn voorzien van 2-3 sleuven waarin men de schuinstaande messen of schoffels, op de gewenste breedte, in vastschroeft. Men duwt het geheel voor zich door middel van twee houten armen (ca. 130 cm). Er bestaan ook handschoffelmachines met één wiel waarmee men tussen twee plantenrijen schoffelt, dit in tegenstelling tot het model met twee wielen waarmee men beide zijden van één rij planten bewerkt. Tegenwoordig bestaat er een model met rubberen wiel (ca. diam. 25-60 cm) waarbij men de schoffels...
Handzaag (dubbele, Japanse) (v.)
De Japanse dubbele handzaag (1) (Japans: ryoba noko) is licht van gewicht (ca. 250 gr), heeft een stijf, maar flexibel stalen blad en steekt in een lang (ca. 30 cm), recht hecht. Het lange hecht wordt meestal met twee handen vastgehouden. Er bestaat een klein model met een blad van ca. 20 cm lang en een groter model met een blad van ca. 36cm. De schrijnwerker kan met deze zaag zowel verticaal, als horizontaal zagen. De ene zijde, met fijne tanden, is de afkortzijde, waarmee men hout dwars doorzaagt (zie kortzaag (hand)). De andere zijde, met grote tanden, is de schulpzijde, waarmee men hout in de lengte doorzaagt (zie schulpzaag). De Japanse dubbele handzaag wordt steeds trekkend, zoals de Japanse handzaag gebruikt, dat is te zien aan de stand van de tanden, gericht naar de zager toe. De trekkende beweging verhindert dat het blad buigt. De Japanse schrijnwerker gebruikt geen bankschroef, werkbank- of meubelmakersklem om het te bewerken materiaal te klemmen. Hij staat gebogen met één voet...
Handspaak (v.)
De handspaak is een lange (ca. 150-200 cm) houten of ijzeren (1) staak om zware lasten tot geringe hoogte op te heffen. Spoorwegarbeiders hanteren ze om spoorrails te schiften (2). Groefwerkers zoals de steengraver gebruiken een handspaak om steenblokken te verplaatsen, om ze op rollen te leggen, enz. Naar beneden toe is de handspaak breder en vierkantig in doorsnede; onderaan is ze lichtjes gebogen. De houten handspaak is aan de onderzijde met plaatijzer beslagen (3). Te onderscheiden van de koevoet en de sloopbeitel. [MOT] (1) Ook handboom genoemd (ZWIERS: 497). (2) Ook schiftijzer en schiftboom (ZIECK & POSTEMA: 187) genoemd. (3) De houten handspaak zonder beslag wordt soms papierspaak genoemd (JANSE: 29).