Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken


Zoekresultaten 3,521 - 3,530 15,388 resultaten gevonden
Spoorwieltje (o.)
Imkerswerktuig dat bestaat uit een metalen wieltje (ca. 2 cm doorsnede) met gegroefde tandjes, bevestigd aan een recht hecht. Het insmelten van kunstraat (ook waswafel genoemd) in het met metalen draden opgespannen raam gebeurt door vlug met het warm gemaakte spoorwieltje over de draden te rollen (1). Sommige modellen zijn voorzien van een koperen afgerond blokje om het wieltje langer warm te houden. Er bestaat ook een model waarbij het wieltje in een hoek van 90° staat ten opzichte van het handvat. [MOT] (1) Met de platte of ronde kant van het spoorwieltje wordt bij spleetramen aan de bovenlat het doorstekende gedeelte van de raat platgestreken en zo vastgezet.
Spongatborstel (m.)
De spongatborstel is een licht conische, korte (ca. 20-25 cm) borstel met stugge haren die aan een getorste metaaldraad zijn bevestigd. Deze is verbonden aan een T-vormig houten of metalen handvat (ca. 15 cm breed). De brouwer kon het werktuig zelf samenstellen. De haren gelijken enigszins op die van een vlampijpborstel, die veel langer is. Tussen verschillende brouwsels worden recipiënten zoals biertonnen grondig gereinigd. De conische vorm van deze borstel is ideaal om aangekoekte resten van vorige brouwsels aan het spongat te kunnen verwijderen en om het spongat opnieuw goed te kunnen afsluiten voor een volgend brouwsel.  (1) QUICKE: 277 sv 'spongatborstel' toont twee andere afgeronde modellen van borstels die hetzelfde doel dienen.
Sponzaag (v.)
Handwerktuig om een rond gat, o.m. een spongat (vgl. sponboor en snijpasser) uit te zagen. Het bestaat uit een zaagblad rond een cilindervormig stuk hout gedraaid waardoor een kruk gestoken wordt. In het midden van de doorsnede steekt een ijzeren punt die als centrum dient wanneer het werktuig gedraaid wordt. Soms is de punt door een schroef vervangen. De punt wordt in de duig geduwd of in een vooraf geboord gaatje gestoken. De sponzaag wordt dan gedraaid zoals een gewone avegaar zodat een schijfje uitgezaagd wordt. Soms is het mogelijk dat schijfje uit de sponzaag te duwen door middel van een stangetje (1). Op sommige sponzagen is een losse knop op het bovenuiteinde bevestigd, zodat het werktuig een soort borstavegaar wordt.[MOT] (1) PAULIN-DESORMEAUX: 91.
Staartsnijder (m.)
Handwerktuig dat de hoefsmid gebruikt om bij trekpaarden de staart tot na het staartbeen af te knippen (1). Het is tangvormig met relatief lange (ca. 30-40 cm) armen, met of zonder houten handvatten. De éne kaak is U-vormig uitgesneden en is hol opdat het snijblad op de andere kaak erin past; uitzonderlijk is ze van hout (2). De staart wordt net na het heiligbeen afgeknipt, zodat hij niet meer terug kan groeien. De wonde wordt met een staartbrandijzer uitgebrand. [MOT] (1) N.L.I.: s.v. brûle-queue, vermeldt dat de staart van het paard werd afgesneden nadat het een beroerte had gekregen. (2) STOQUART: 23.
Staalbandspanner (m.)
Nieuwe fiche in opbouw. Zie ook de staalbandtang [MOT]
Sponzenknijper (m.)
Werktuig dat bestaat uit een klem van ijzerdraad of ijzerplaat, bevestigd aan een plastic of houten steel (ca. 50-150 cm) en waarin men een spons kan klemmen. Zo kan men bv. makkelijk hoge vensters wassen en moet men niet rechtstreeks met de handen in het water. Vaak is de sponzenknijper gecombineerd met een ruitenwisser. [MOT]
Splitshout, -ijzer (o.)
Om de strengen van een touw uiteen te halen, gebruikt de schieman (1) een splitshout of een splitsijzer (2). Het splitshout is kegelvormig en gemaakt van hard hout, vaak Buxus. Het is zo'n 25-50 cm lang en zo'n 3-5 cm dik; de grote exemplaren, waarop vaak met een hamer geklopt wordt, dragen wel eens een beslagring. Ook het splitsijzer is doorgaans kegelvormig, al dan niet met een verdikking of een haak aan het uiteinde; niet zelden is er een gaatje door het dik uiteinde geboord om het werktuig aan een koordje te kunnen hangen. Het meet zo'n 15 cm. Er bestaan ook gootvormige splitsijzers waarin een streng kan glijden. Voor staalkabel wordt een plat splitsijzer gebruikt, dat soms voorzien is van een haak (3). Op een zeemansknipmes vindt men altijd een dun, vaak licht gebogen splitsijzer. Zie ook zeilpriem. Te onderscheiden van het poothout en het wetstaal. [MOT] (1) "De timmerman doet het ook wel met zijn passer" (DEGROOT: 18). (2) Vgl. mandenmakerspriem. (3) DE BOER & SCHAAP: 73.
Spitgreep (m.)
De spitgreep (1) is een handwerktuig met - meestal vier (2) - brede, platte of in doorsnede driehoekige tanden. Werkend deel en een T-, D- of knopsteel (ca. 80-100 cm) zijn d.m.v. een angel - verstevigd door een beslaghuls -, een dille of twee veren aan elkaar bevestigd. De punten van de, licht naar voor gebogen, tanden zijn beitelvormig of puntig. Het "blad" loopt naar onder toe breder uit. Een ander model heeft bovenaan het blad een brede band om de kluiten makkelijker te dragen en om te draaien. Een spitgreep wordt gebruikt om steenachtige of sterk samenhangende (klei-)grond te bewerken (3) of te verkruimelen en om mest onder te spitten. In de (moes)tuin worden, in tegenstelling tot de tuinspade, met de spitgreep bij het verplanten de wortels van de plant minder beschadigd. Om dezelfde reden geeft de tuinier ook de voorkeur aan dit werktuig om slingerplanten en struiken uit te steken. Een iets bredere en langere spitgreep wordt als aardappelrooivork gebruikt. Zie ook spitgreepje (4)....
Spaanderhouder (m.)
Om te verlichten, gebruikt men vaak harshoudende spaanders, "stukken fossiel hout dat in de venen wordt gegraven" (1) of biezen (2). Ze worden in een metalen houder bevestigd. De spaander wordt doorgaans geklemd m.b.v. een of twee veren (bv. MOT V 94.0218 S) of in een tang met tegengewicht (3). Er bestaan zeer verschillende toepassingen van die algemene principes (4). Het uiteinde van de spaanderhouder wordt gedreven in een houten staander, in een balk van het huis of in een spleet in de muur, soms is het op een ijzeren staander gesmeed of is het voorzien van een dille om op een stok te steken (5). Men klemde wel eens een kaars in de spaanderhouder maar er bestonden ook combinaties: op dezelfde houder werd een klemmiddel voorzien én een kaarsenhouder (6) . [MOT] (1) PLETTENBURG: 12. (2) “Het meest geschikt hiervoor was pit-rus (Lat. Juncus effusus).” (PLETTENBURG: 15). (3) Zie afbeeldingen 11 en 12 uit LECOCQ: 277. (4) Zie afbeeldingen uit LECOCQ: 277-284. (5) Zie afbeeldingen 10, 15...
Sponsleutel (m.)
Inbussleutel waarmee een spon in een houten ton, of een sluitdop in een ijzeren ton aan- of losgedraaid wordt. Voor ijzeren tonnen en voor carters (1) bestaan z.g. universele sponsleutels met een tiental werkende delen en voor brandbare stoffen, sponsleutels van brons. Zie ook de spontrekker. [MOT](1) Voor het uittrekken van aftappluggen van oliereservoirs zoals carters bestaat ook een ringsleutel voor aftappluggen.