Opzoeken

Algemeen zoeken

Doorzoek de hele website door een trefwoord in te voeren of kies hierboven een databank om specifiek te zoeken

Zoeken


Zoekresultaten 3,391 - 3,400 15,388 resultaten gevonden
Patroonkruller (m.)
Nadat een hagelpatroon gevuld en afgedekt is met een kartonnen sluitplaatje wordt de bovenrand van de (kartonnen) huls zeer regelmatig en recht naar beneden omgekruld met de patroonkruller. Het resultaat, de rolkrimp, duwt dan correct, dus niet te hard, het sluitplaatje tegen de hagel die nu opgesloten zit in de huls. Het toestel wordt op een tafel vastgeschroefd. De hagelpatroon wordt met de opening naar de zwengel toe in de conische geribde geleider gestoken. Men duwt de hendel, zodat de geleider de huls lichtjes bijeendrukt en draait gelijktijdig aan de zwengel voorzien van een profiel dat in de huls past. Door het samen duwen en draaien wordt de rand van de huls naar binnen omgevouwen (1). [MOT] (1) Manufrance (1931): 117, model nr. 5-655.
Pelijzer (o.)
Met het pelijzer hakt de steenhouwer smalle sleuven, kielgaten uit natuursteen om deze te ontginnen. Het is een zware, geheel metalen beitel (ca. 15-20 cm lang) met smalle (0,5-1 cm), rechte of bolronde snede. Het geheel is rechthoekig of achthoekig in doorsnede. Te onderscheiden van de ritsbeitel voor metaalbewerking. [MOT]
Paralleltang (v.)
Met een paralleltang klemt men vlak metaal of metaaldraad zonder het te beschadigen. De kaken blijven steeds evenwijdig zodat zelfs bij dik materiaal alle kracht over de gehele bek wordt verdeeld. De tandjes staan vlak op het materiaal. Om de tang te openen zijn in de benen veren aangebracht. Sommige tangen zijn met een draadknipper uitgerust. [MOT]
Paproerder (m.)
Handwerktuig om de pap in de pot of ketel boven het vuur te roeren. Het bestaat uit een ijzeren sikkelvormig werkend deel (ca. 10 cm) dat ofwel in het verlengde van ofwel haaks op de steel (ca. 45 cm) staat. Laatstgenoemde is al dan niet voorzien van een houten handvat. Een ander model heeft de vorm van een houten keukenspatel waarvan het werkend deel doorboord is (1). [MOT] (1) Bv. WEYNS 1974: 446.
Pannenlepel (m.)
Bolrond monoxiel (wilgenhout) werktuig met handvat waarmee de pannenbakker de gevormde pan in de droogrekken plaatst. De pannenmaker legt de lepel met de bolle zijde op de pan. Vervolgens wordt de pan met de pannenvorm gekeerd en de vorm weggenomen zodat de nieuw gevormde pan op de lepel komt te liggen. De pannenmaker houdt met de andere hand de pan nog in evenwicht en plaatst haar vervolgens met enige omzichtigheid in het droogrek. [EMABB]
Pennensnijder (m.)
De pennensnijder is een handwerktuig om een ronde pen te snijden aan een spaak van een wiel, als alternatief voor het courante recht trekmes. De wagenmaker hanteert het nadat hij de spaken in de naaf heeft geklopt, de velgen heeft gepast en met de voorsnijder voor wielspaken (1) een taps uiteinde aan de spaak heeft gesneden. De stoelenmaker hanteert de pennensnijder voor de uiteindes van de spaken (ook dwarshout of sporten genoemd) die in de poten van de stoel worden geslagen. Er bestaat een grote verscheidenheid aan vormen, afmetingen en patronen. De pennensnijder bestaat meestal uit een cilindervormig ijzeren lichaam en eindigt in een rond blok voorzien van een opening (ca. 1-4 cm) in het midden en 1 of 2 schaafmessen die haaks op de opening staan en door het blok steken. De meeste modellen hebben een instelbare diepteaanslag. Een ander model kan een tapse pen snijden (2). De pennensnijder past doorgaans in een booromslag om het werktuig te roteren. Oudere, niet verstelbare modellen...
Pijpenbuiger (o.)
De pijpenbuiger is een handwerktuig waarmee men plastieken, koperen en dunwandige stalen buizen koud kan buigen. Het is een metalen stang (ca. 60 cm) die op het uiteinde omgebogen is en op enige afstand daarvan een halfrond uitgefreesd buigsegment heeft. De pijp wordt achter het haakvormig uiteinde in het buigsegment geplaatst. Door de pijpenbuiger als hefboom te gebruiken, wordt de pijp rond het buigsegment gebogen. Aan de pijpenbuigtang is hiertoe een tweede arm voorzien. De breedte van het buigsegment varieert naargelang de diameter van de pijp. Het is ook mogelijk dat er aan beide uiteinden van de stang een buigsegment is van verschillende diameter. De vroegere zogenaamde Bergmannbuizen waren van karton met een buitenlaag van metaal en boog men met de isolatiepijpbuigtang. Zie ook de buigveer. Te onderscheiden van het buigijzer (mandenmaker) en de buighaak. [MOT]
Penwortellichter (m.)
Twee- of drietandig metalen vorkje (ca. 3-5 cm; lengte totaal ca. 25-30 cm) waarmee de tuinier onkruid met penwortel uittrekt. Het blad kan recht zijn maar vaak is het gebogen om een steunpunt te geven bij de hefboomwerking. Hiervoor is soms ook een metalen lus (diam. ca. 4 cm) bevestigd juist boven de tanden. Het hecht van dat model is langer (lengte hecht ca. 30 cm; lengte totaal ca. 50 cm) Te onderscheiden van de penwortelsteker, het wiedvorkje en de aspergeguts. Zie ook distelsteker, plantschopje en penworteltrekker. [MOT]
Penworteltrekker (m.)
Met een penworteltrekker trekt men onkruid met een penwortel, zoals distel, zuring of paardebloem, uit de grond. Het werktuig wordt naast de plant in de grond gestoken en met een halve draaibeweging wordt deze gegrepen, waarvan de wortel - bij het trekken - zonder moeite mee uit de aarde komt. De penworteltrekker bestaat uit een hol blad met schuine snede eindigend in een punt. Een zijde is voorzien van 2 lipjes die de plant grijpen. Het werkend deel is door middel van een dille aan een houten D- of T-steel (ca. 80-140 cm) bevestigd. Te onderscheiden van de distelsteker waarmee de penwortel onder de bladkraag wordt afgestoken. Zie ook disteltang en penwortelsteker. [MOT]
Pijpenbuigtang (v.)
De pijpenbuigtang is een handwerktuig waarmee men plastieken, koperen en dunwandige stalen buizen koud kan buigen. Net als de pijpenbuiger bestaat ze uit een metalen stang die op het uiteinde omgebogen is en op enige afstand daarvan een halfrond uitgefreesd buigsegment heeft. De pijp wordt achter het haakvormig uiteinde in het buigsegment geplaatst. De tweede arm dient als hefboom om de pijp rond het buigsegment te buigen. De afmetingen van de tang en de breedte van het buigsegment varieert naargelang de diameter van de pijp. De vroegere zogenaamde Bergmannbuizen waren van karton met een buitenlaag van metaal en boog men met de isolatiepijpbuigtang. Zie ook de buigveer. [MOT]