Mesthaak (m.)

identificatiecode
ID 984
morfologie
beroep
beroep
holotype
MOT V 83.0420 L=141cm B=16,5cm G=1460gr
alias
krauwel (syn.) (V.A.W.P.: 2.591)
alias
mestklauw (syn.) (V.A.W.P.: 2.591)
alias
tashaak (syn.) (V.D.)
alias
paarden-haak (syn.) (VAN AELBROECK uit DAVID 1975: 54)
alias
walhaak (syn.) (V.D.)
alias
heinhaak (syn.) (V.D.)
beschrijving

De mesthaak (1) is een haak met meestal 3 à 4 (2) ronde, puntige, ijzeren tanden (ca. 10-25 cm), en dille, die ongeveer haaks gebogen staan ten opzichte van een lange (ca. 120-200 cm) houten steel.

De mesthaak dient om aangestampte stalmest los te trekken, de stalmest van een geladen wagen op het veld te trekken en daarna gelijkmatig te verspreiden (3) (zie ook mestvork). De mesthaak kan tevens gebruikt worden voor het oppervlakkig losmaken van de grond (vgl. klauw met lange steel) en het uittrekken van kweekwortels over kleine oppervlakten; ook om sloten van waterplanten te ontdoen (4).

Zie ook paardenmesthaak en sloothaak. [MOT]

(1) V.A.W.P.: 2.591 noemt dit werktuig ook een krauwel.

(2) Er zouden ook mesthaken met twee tanden bestaan (GOOSSENAERTS: s.v. mesthaak; JEWELL: 73).

(3) Volgens VAN HULLE uit DAVID 1975: 240 is het makkelijker om mest open te trekken of een stal uit te mesten met de mesthaak dan met de mestvork.

(4) LOGAN: 50; DAVID 1975: 240. Ook wel walhaak of heinhaak genoemd.