De ondervolder wordt, al dan niet in combinatie met een bovenvolder, gebruikt bij het insmeden van kragen en halzen. Deze met de kleinste diameter worden ook gebruikt bij het voorbereiden van lasnaden.
De ondervolder bestaat uit een zwaar halfronde (diam. ca. 0,5-8 cm), of trapeziumvormige kop en een korte pen (ca. 8-10 cm) die in het gat van het aambeeld gestoken wordt. Het gloeiend werkstuk wordt op het bolle uiteinde gelegd. [MOT]