identificatiecode
beroep
holotype
Wigvormig houten handwerktuig (ca. 10-12 cm lang; ca. 7-10 cm breed) met een bot metalen of hoornen blad, soms met afgeronde hoeken, bevestigd in het smal toelopend uiteinde. De bontwerker gebruikt het strekhout om naden plat te strijken (zie ook robber), het soepel wrijven van gespijkerd materiaal en het oprekken van ingevochte vellen.
Het wordt met de rechterhand gehanteerd terwijl men met de linkerhand het vel vasthoudt. [MOT]