Zandschop (metselaar) (v.)

identificatiecode

ID 1128

morfologie

morfologische eenheid

schop-/spade-/troffelvormig

beroep

metselaar

beroep

grondwerker

beroep

steenbakker

beroep

archeoloog

holotype

MOT V 83.0467 L=118cm B=24,5cm G=1300gr

alias

schop (platte) (syn.)

alias

schup (syn.)

alias

panneke (syn.)

alias

mortelschup (syn.) (Woordenboek van de Limburgse dialecten II-9: 35)

alias

specieschup (syn.) (Woordenboek van de Limburgse dialecten II-9: 35)

alias

spijsschup (syn.) (Woordenboek van de Limburgse dialecten II-9: 35)

alias

kalkschup (syn.) (Woordenboek van de Limburgse dialecten II-9: 35)

alias

betonschup (syn.) (Woordenboek van de Limburgse dialecten II-9: 35)

alias

groffelschup (syn.) (Woordenboek van de Limburgse dialecten II-9: 35)

alias

roffelschup (syn.) (Woordenboek van de Limburgse dialecten II-9: 35)

alias

troffelschup (syn.) (Woordenboek van de Limburgse dialecten II-9: 35)

alias

trofschup (syn.) (Woordenboek van de Limburgse dialecten II-9: 35)

alias

grintschop (syn.) (WATTJES: 2.104)

alias

bats (syn.)

beschrijving

Licht holronde schop met rechte snede, van plaatstaal gemaakt. Doorgaans is er geen handvat op de steel maar een T-handvat komt ook voor.

De zandschop dient om zand, grind, steenslag e.d.m. te verplaatsen. De archeoloog gebruikt de zandschop om hele dunne laagjes grond af te schaven om zo de sporen zichtbaar te maken.

Zie ook ballastschop. [MOT]